Toon alle feestdagen

Komende 5 dagen

03 mei
Dag v.d. Persvrijheid
05 mei
Bevrijdingsdag
09 mei
Dag van Europa
12 mei
Dag van de Zorg
04 juni
Opa en Oma Dag

Het hele jaar door

Sinterklaas - 5 december 2024

Sinterklaasliedjes

Bookmark and Share
Liedjes voor de Sint en zijn Pieten mogen natuurlijk niet ontbreken op pakjesavond:

Daar wordt aan de deur geklopt Daar wordt aan de deur geklopt, zacht geklopt, hard geklopt. Daar wordt aan de deur geklopt. Wie zou dat zijn ? Wees maar gerust mijn kind. Ik ben een goede vrind. Want al ben ik zwart als roet, 'k Meen het toch goed. Want ik kom van Sinterklaas, Sinterklaas, Sinterklaas. 'k Heb voor jou, m'n kleine baas, moois in mijn zak. Ben je wel zoet geweest? Wees dan maar niet bevreesd! Kijk, hier zendt Sint Nicolaas fijn speculaas! Zwarte Piet, wees wel bedankt; wel bedankt, wel bedankt! Nu zal ik aan 't leren gaan, daar kan j' op aan. Borstplaatjes, groot in tal, 'k deel ze vanavond al met mijn lieve zusje klein. Blij zal ze zijn!

O, kom er eens kijken O, kom er eens kijken wat ik in mijn schoentje vind, Alles gekregen van die beste Sint. Een pop met vlechtjes in het haar, Een snoezig jurkje kant en klaar, Twee kaatseballen in een net, Een letter van banket O, kom er eens kijken wat ik in mijn schoentje vind, Alles gekregen van die beste Sint. Een bromtol met een zweep er bij, Een doos met blokken, ook voor mij! En schaatsen en een nieuwe pet, Een letter van banket O, kom er eens kijken wat ik in mijn schoentje vind, Alles gekregen van die beste Sint.

Hoor de wind waait door de bomen Hoor de wind waait door de bomen. Hier in huis zelfs waait de wind. Zou de goede Sint nog komen, nu hij 't weer zo lelijk vindt. Nu hij 't weer zo lelijk vindt. Ja, hij rijdt in donk're nachten op zijn paardje, oh zo snel. Als hij wist hoe zeer wij wachten, ja gewis, dan kwam hij wel. Ja gewis, dan kwam hij wel!

Sinterklaas Kapoentje Sinterklaas kapoentje, Gooi wat in mijn schoentje, Gooi wat in mijn laarsje, Dank je Sinterklaasje!

Sinterklaasje kom maar binnen Sinterklaasje kom maar binnen met je knecht want we zitten allemaal even recht Misschien heeft U nog even tijd voordat U weer naar Spanje rijdt Kom dan ook even bij ons aan en laat je paardje maar buiten staan. En we zingen en we springen en we zijn zo blij Want er zijn geen stoute kinderen bij En we zingen en we springen en we zijn zo blij Want er zijn geen stoute kinderen bij

Sinterklaas is jarig! Sinterklaas is jarig! Ik zet mijn schoen vast klaar. Licht dat hij hem vol doet met, ja wist ik het maar. Hier zet ik wat water en wat hooi voor 't paard. Want dat trouwe beestje is dat heus wel waard. Als de kleintjes slapen, komt de goede Sint; die de brave kinderen het allermeest bemint. het paardje, zwaar beladen, voert hij met zich voort en zijn knecht vertelt hem wat hij heeft gehoord. Toos is ongehoorzaam; Jantje wel eens lui en de kleine Piet heeft vaak een boze bui Ik was laatst ook ondeugend Of hij dat ook weet? Ik mag warempel hopen dat hij het maar vergeet!

Zie ginds komt de stoomboot Zie ginds komt de stoomboot uit Spanje weer aan Hij brengt ons Sint Nicolaas, ik zie hem al staan Hoe huppelt zijn paardje het dek op en neer Hoe waaien de wimpels al heen en al weer. Zijn knecht staat te lachten en roept ons reeds toe : Wie zoet is krijgt lekkers, wie stout is de roe! Och lieve Sint Nicolaas, och kom ook bij mij. En rij dan niet stilletjes ons huisje voorbij. (En rijd toch ons huisje vooral niet voorbij!) (en rijd toch niet stilletjes ons huisje voorbij!) Sint Nicolaas, de bisschop, schrijft op in zijn boek al wat hij gehoord heeft bij 't jaarlijks bezoek Wie zoet was, wie stout was hij schrijft het er bij. Wat zou hij wel schrijven van jou en van mij?

De zak van Sinterklaas De zak van Sinterklaas, Sinterklaas, Sinterklaas, De zak van Sinterklaas, o jongenens, jongens het is zo`n baas! Daar stopt hij, daar stopt hij, daar stopt hij blij van zin. De hele, de hele, de hele wereld in! De zak van Sinterklaas, Sinterklaas, Sinterklaas, De zak van Sinterklaas, o jongenens, jongens het is zo`n baas! Hij is voor groot en klein, groot en klein, groot en klein, Hij is voor groot en klein voorzien van taai en marsepein. En bergen, en bergen, En bergen suikergoed, Zo lekker, zo lekker, Zo lekker en zo zoet. Hij is voor groot en klein, groot en klein, groot en klein, Hij is voor groot en klein voorzien van taai en marsepein. Maar onder in die zak, in die zak, in die zak, Maar onder in die zak daar ligt het hele grote pak, Voor het lieve, voor het zoete, voor het lieve zoete kind. Zeg was jij, zeg was jij, dit jaar gehoorzaam vrind? Maar onder in die zak, in die zak, in die zak, Maar onder in die zak daar ligt het hele grote pak